'Ach,
componeren.
Je
zit
wat
te
schrijven.
Misschien
mag
het
gerust
de
naam
van
componeren
hebben,
maar
dan
denk
ik
direct
aan
de
echt
grote
componisten.
Bach,
Beethoven.
Die
talenten
heb
ik
helaas
niet.
Ik
schrijf
gewoon
wat.
Later
ga
je
die
dingen
nog
weer
eens
door
zitten
spelen
en
dan
verdwijnt
het
ene
kladje
in
de
prullenbak,
die
verveelt
me
dan;
en
de
andere
gaat
netjes
in
de
kast.
Die
vind
ik
mooi.
Dan
belt
soms
een
uitgever
en
zegt:
'Joh,
stuur
me
dat
eens
op.'
Nou
dat
werk
je
dan
uit
en
dat
vind
ik
leuk.
Dan
zeggen
ze
ook
wel
eens:
'Ah,
dat
is
weer
een
trio
en
dat
is
weer
echt
Zwart.'
Maar
dat
zie
je
toch
bij
Bach
ook?
Als
je
Bach
hoort,
dan
zeg
je:
'Echt
Bach.'
Het
dagblad
Trouw
heeft
me
eens
betiteld
als
'Bach
aan
de
IJssel'.
Het
was
me
een
eer.
Geen
slechte
leermeester.
Laatst
hoorde
ik
zeggen:
'Zwart
is
een
trioboer,
die
schudt
zo de trio's uit z'n mouw.' Nou, dat vond ik ook al geen scheldnaam. Trioboer.'
VERBONDENHEID
(....)
Een
uitzending
van
een
orgelconcert
uit
de
Bovenkerk
in
Kampen.
Een
parafrase
van
een
Psalmmelodie:
'Zie
op
mij
in
de
gunst
van
boven,
ach,
wees
mij
genadig
Heer!
Eenzaam
ben
ik
en
verschoven,
ja,
d'
ellende
drukt
mij
neer.'
Zoekende
klanken,
smekende
klanken,
dan
omhoog,
dan
omlaag.
Er
ontstond
een
verbondenheid
met
de
organist
die
daar
omhoog
in
de
ijle
ruimte
van
de
hoge,
gotische
kerk
met
zijn
muziek
aan het bidden was. Ik werd ontroerd, het orgelspel trof mij diep.
Professor H. Jonker
Theologia Reformata' (1986)
NIET EN WEL GRETIG
....
Wie
echter
gretig
in
de
toetsen
wil
graaien,
kan
zich
verlustigen
in
het
jongste
orgelopus
van
de
Kampense
organist
Willem
Hendrik
Zwart.
Het
betreft
hier
een
tweetal
werken:
variaties
en
koraal
over
Psalm
116
en
Inleiding
en
trio
over
Psalm
84.
In
de
oude
berijming
natuurlijk,
want
Willem
Hendrik
Zwart
heeft
er
een
broertje
dood
aan
om
de
welgebaande
wegen
der
vaderen
te
verlaten.
Stoere
volgrepige
akkoorden
doen
het
in
deze
composities
goed.
Ook
lieflijker
klanken
zoals
de
eerste
variatie
over
Psalm
116.
Het
triootje
dat
Willem
Hendrik
hier
schrijft
lijkt
sterke
overeenkomsten
te
hebben
met
de
thematiek
en
opbouw
van
Bachs
koraalvoorspel
"Nun
freut
euch
lieben
Christnen
gemein",
BWV
734.
Bijna
kom
ik
op
de
gedachte
dat
deze
muzenzoon
aan
de
IJssel
...
Maar
nee,
dat
gaat
te
ver.
Bach
streeft
Willem
Hendrik
toch
nog
voorbij.
Zo hoort het ook. Zwart blijft Zwart en Bach blijft Bach.
Rob van der Hilst
Gedeelte uit dagblad Trouw (1982)